Moderne relatiebreuken
Voorop staat dat narigheid tussen ouder(s) en kind van alle tijden is. Ouders die kinderen negeren of (emotioneel) mishandelen. Seksueel misbruik. Tiger en curling ouders. Kinderen die moeders' beste vriendin zijn. Kinderen die achtergesteld worden ten opzichte van een broertje of zusje. Kinderen die weggehouden worden van een ex. Kinderen die verstoten worden omdat dat zo gaat in de familie. Gewoon onaardig of dom gedrag. Vervreemding. Adolescenten die hun ouders intimideren. Kinderen die hun ouders uitmelken en bestelen. Noem maar op - het komt allemaal voor. Niet meer dan vroeger maar zeker ook niet minder en even destructief wat betreft impact.
Vroeger echter was de ruimte om gezins- en familiebanden te verbreken bij (vooral de middenklasse) beperkter, dat paste niet zo goed. De laatste decennia is daar duidelijk verandering in gekomen. Dat komt vooral door een grote nadruk op het individu en diens unieke identiteit en de noodzaak om - hoe dan ook - het geluk te vinden. Daarbij is alles geoorloofd en speelt op de achtergrond het toegenomen geloof in de maakbaarheid van een leven en de noodzaak van persoonlijke groei. Relaties, zeker die met gezins- en familieleden kunnen daarin als te knellend ervaren worden en hoeven niet meer ten koste van alles in leven te worden gehouden.
Een opsomming van redenen waarom tegenwoordig relaties in vergelijking met vroeger eerder verbroken worden.
1. Lossere familiebanden. In het Westen ken je al eeuwen wat je noemt het Moderne Kerngezin: de ouders en de kinderen, met daaromheen enkele ooms en tantes en de grootouders. De familie is beperkt in omvang en opzet en de Extended Family, zoals je die nog in Afrika of het Midden Oosten hebt, kennen we niet.
Binnen het Moderne Kerngezin zijn de relaties relatief gezien, in vergelijking met die in Extended Families, behoorlijk gelijkwaardig en los van aard. Het is zelfs zo dat deze losse familiebanden de afgelopen vijftig jaar nog losser zijn geworden. Daarnaast hebben begrippen als wederkerigheid en erkenning van de eigenheid binnen onze gezinsstructuren aan belang gewonnen.
Als dan tegen dit alles gezondigd wordt, is dat een fatale zonde en reden om de relatie op scherp te zetten en eventueel te beëindigen - terwijl dit binnen de structuur van een Extended Family helemaal niet zou kunnen (daar zou juist het verbreken van de relatie een doodzonde zijn). Binnen het moderne kerngezin van vijftig jaar terug was het in mindere mate mogelijk de relatie te beëindigen, dat 'hoorde' toen niet.
Waar bijvoorbeeld een dochter vijftig jaar terug (in haar jeugd betast door haar vader die dat gedrag vergoelijkte terwijl haar moeder het ontkende) de band met haar ouders ook op latere leeftjd als vanzelfsprekend accepteerde, zou het zomaar kunnen dat een dochter nu in een vergelijkbare situatie ervoor kiest de relatie met haar ouders te verbreken.
2. We zijn mondiger geworden. Vrouwen pikken minder van mannen, inclusief vaders. Kinderen hebben openlijk kritiek op hun ouders en gaan minder vaak voor de lieve vrede. Kinderen zien hun ouders sneller als gelijke - wijsheid en ouderdom worden minder dan vroeger op waarde geschat (ouders zijn niet meer bij de tijd, snappen het niet, hebben ook maar een mening).
Dit zorgt ervoor dat voor kinderen de drempel om problemen in de relatie met hun ouders bespreekbaar te maken, lager is dan vroeger en dat vervolgens de beslissing om uit de relatie te stappen ook makkelijker genomen wordt.
3. De nadruk op het individu. In onze Westerse samenleving is er een enorme nadruk op de mens als individu en veel minder op de mens als lid van een groep (welke dan ook),onze neo-liberale cultuur is ervan doortrokken geraakt. We definiëren onszelf door ons te omringen met 'unieke' spulletjes, 'authentieke' vakanties, gestylde inrichtingen van het huis, speciale studies, opleidingen en banen en een partner die ons helemaal begrijpt en precies goed bij ons past. We signaleren (etaleren) naar anderen hoe we in elkaar steken.
Bovenstaande geldt in ons tijdsgewricht voor zowel kinderen als ouders. We zijn allemaal uniek, en willen dat graag ook terugzien in de relaties met onze naasten. Daar mag, gechargeerd gezegd, niets verkeerd in zitten; geen butsen, geen blaren. Alleen onvoorwaardelijke acceptatie over en weer is goed, voor minder doen we het niet. En hoe we daarin over onszelf denken en vinden dat we moeten zijn, staat daarbij voorop; we zijn egocentrisch georienteerd.
Ouders die naar Thailand emigreren wanneer de zoon of dochter 18 is en die met een toelage in Amsterdam achterlaten ('hou je haaks', 'kom gerust langs in de vakantie', 'we houden contact'). Een kind dat in een relatie naar Groningen of het buitenland vlucht en het contact verbreekt.
4. Het concept Liefde en Geluk. Als uitvloeisel van het individualisme hebben we ook de liefde en het geluk verabsoluteerd. Alle liefde die we te geven hebben en die we mogen ontvangen moet perfect zijn. Alle geluk omvat minimaal ook de perfecte liefde van de ander voor ons en voor minder doen we het niet. We worstelen met alles wat niet past binnen dat plaatje.
En vaak lopen we dan, als het plaatje niet voldoet, ervan weg. Want, dat hebben we ook geleerd in onze cultuur, we zijn honderd procent verantwoordelijk voor ons eigen geluk. Een relatie die daarbij dwarsligt, kun je daarom net zo goed weg snijden, want de pijn die bij een 'foute' relatie hoort, hoeven we niet te dragen.
5. De financiële afhankelijkheid is minder geworden. Ik weet nog dat mijn opa maandelijks geld kreeg van mijn ouders en dat ik, toen ik studeerde, ook enkele jaren geld kreeg van mijn ouders. Dat laatste was snel voorbij want ik had het niet nodig. Zowel kinderen als ouders zijn tegenwoordig financieel minder afhankelijk van elkaar dan vroeger. Er zijn uitkeringen, toelagen, tegemoetkomingen, pensioenen en AOW. De noodzaak om financieel op elkaar te leunen is er in mindere mate en de noodzaak om daarom aardig naar elkaar te zijn en de relatie 'goed' te houden ook.
6. Prinsjes en prinsesjes. Vroeger werden kinderen in het algemeen harder bejegend dan tegenwoordig. Kinderen draaiden mee in het huishouden en mochten niet teveel praatjes hebben en waren zeker niet de kleine prinsjes en prinsesjes die ze nu vaak zijn. Er werden ook tikken uitgedeeld en ouders waren ook echt de baas. Dat werd door de kinderen geaccepteerd als normaal, dat hoorde er allemaal bij; je kende als kind je plek. En als je het beter had getroffen, had je geluk.
Nu kan zo'n bejegening van kinderen niet meer, het wordt gezien als ongepast. En als het gebeurt, wordt het de ouders eerder kwalijk genomen dan vroeger. Verder geldt dat wanneer je als prins of prinses bent opgevoed en het later in het volwassen leven tegenzit of misloopt, het tegenwoordig niet raar is om daarvan de opvoeding (de ouders) de schuld te geven.
7. Het geloof. We geloven niet meer en gaan ook niet meer naar de kerk, laat staan dat we iets met die boodschappen doen. De conformerende druk die van het geloof uitging - zo hoort het, wees verdraagzaam, eert uw ouders - is niet meer.
Links
Info over vervreemding & relatieherstel: Vervreemding - Herstel van verbondenheid - Achtergrond relatiebreuken - Tips bij een relatiebreuk - Intergenerationeel verschil in perspectief
Begeleiding: Hulp bij relatieherstel ouder en kind - Voorbeelden van hulpvragen - Webinar
Contact & zo: IDEE - Tarieven - Contact